Joustermerke

Welke Jouster heeft daar nu niets mee. Elk jaar maak ik er een gezellige dag van. Het begon vroeger al. We woonden naast de botsauto’s en als het acht uur was sloeg de torenklok en begon de Merke.

Joustermerke

Ik moest al zo lang wachten totdat mijn moeder het tijd vond om op pad te gaan. Ik ging liever zelf ‘s morgens vroeg al. Overdag bij de kraampjes langs, bij de paarden en ponymarkt en ’s avonds met vader in de botsauto’s.
Broer en zussen kwamen altijd het hele weekend thuis. Tante kwam altijd met Joustermerke de donderdags soep en broodjes eten. (Nog steeds eten we bij mijn zwager en zus soep met broodjes en druiven als toetje).

Maanden van tevoren had ik al voor de Joustermerke gespaard. Lege flessen verzamelen, klusjes doen voor heit en mem, auto poetsen of boodschappen doen voor pake en beppe.
In mijn basisschooltijd gingen we de dag voor Joustermerke al over de kermis. Nieuwsgierig welke attracties er zouden staan. Destijds had je de Hobbelende Geit en de Rups, en als je geluk had mocht je een proefritje maken, helemaal gratis. Geweldig was dat.

Toen ik ouder werd, ging ik elke maandagavond samen met zus Merke vieren. Wat hadden we een lol. Één keer ben ik bij de paarden koers geweest. Op de Jouster drafbaan met een nichtje. De regels kende ik niet, maar stoer stonden we tussen de paardenliefhebbers en gokkers naar de sulky’s  te kijken.

In mijn huwelijk altijd samen met man naar de Agrarische Schouw. Ach, die werktuigen konden mij niet boeien. Maar gezellig was het zeker. Dan nog even de Midstraat door, maar op sommige plekken was het zo druk, je stond schouder aan schouder en kwam geen stap vooruit. Tja, en dan loopt de dag ten einde.
Moe van het geslenter weer naar huis, maar wel met een zak oliebollen.

blog-foto-bertha